Met een gemiddelde temperatuur in De Bilt van 18,6 °C was de
zomer uitzonderlijk warm. Alleen de zomer van 1947 was met een
gemiddelde van 18,7 °C sinds 1901 nog een fractie warmer.
Weerstation De Arend haalde de recordcijfers wel: de gemiddelde
temperatuur was 18.76 °C.
Alle drie de afzonderlijke maanden waren zeer warm. Juni
eindigde op de derde, juli op de tiende en augustus eindigt
waarschijnlijk op een gedeelde zesde plaats in de rij van warme
overeenkomstige maanden vanaf 1901. Het meest opvallende aan
deze zomer was het standvastige karakter waarbij er gedurende
lange tijdvakken sprake was van fraai, droog en vrij warm weer.
Dit karakter komt tot uiting in het record aantal warme dagen
dat in De Bilt werd opgetekend, 83. Ook het aantal zomerse en
tropische dagen was deze zomer zeer hoog. Zowel het aantal
zomerse dagen als het aantal tropische dagen werd alleen
overtroffen in 1947 en 1976.
Warme
dag (tenminste 20,0 °C) |
Zomerse
dag (tenminste 25,0 °C) |
Tropische
dag (tenminste 30 °C) |
2003 |
83 |
1947 |
46 |
1947 |
16 |
1976 |
76 |
1976 |
41 |
1976 |
13 |
1950,1934 |
75 |
2003 |
40 |
2003,'95,'41 |
11 |
Normaal |
54 |
Normaal |
18 |
Normaal |
3 |
De zomer telde één hittegolf. Van 31 juli tot en met 13
augustus overschreed in De Bilt de maximumtem- peratuur dagelijks
de 25,0 °C waarbij op zeven dagen 30,0 °C of meer werd
gehaald. Daarmee was dit officieel de 34e hittegolf sinds 1901.
Tijdens deze hittegolf steeg de temperatuur in Arcen op drie
dagen tot boven de 37 °C, op 7 augustus tot 37,8 °C. Dit was
tevens de landelijk hoogste temperatuur van deze zomer.
Weerstation de Arend had als hoogste temperatuur 34,3 °C op 16
juli en 33,8 °C op 6 augustus.
De zomer was zeer droog. In al de drie de zomermaanden viel
minder neerslag dan normaal. Gemiddeld over het land viel 119 mm
neerslag tegen een langjarig gemiddelde van 202 mm. De minste
neerslag viel in de westelijke helft van het land. Van de
KNMI-stations was Herwijnen het droogst met 72 mm neerslag.
Weerstation De Arend was nog iets droger met 69.3 mm.
Het
natst was Marknesse met 257 mm. Marknesse kreeg op 1 juni een
wolkbreuk te verwerken die ruim 100 mm neerslag bracht. In De
Bilt viel 74 mm neerslag. Daarmee was deze zomer daar de
droogste sinds 1901. Tot nu toe was de zomer van 1921 het
droogst met 85 mm. De geringe hoeveelheid neerslag in combinatie
met de grote verdamping leidde met name in het westen tot een
groot neerslagtekort (neerslag minus verdamping) en ernstige
droogteproblemen.
Landelijk gemiddeld scheen de zon 736 uren tegen een
langjarig gemiddelde van 591 uren. Zowel juni, juli als augustus
verliepen zonnig. Het meest was de zon te zien in het westelijk
kustgebied. Van de KNMI-stations was De Kooy het zonnigst met
766 zonuren. Het somberste KNMI-station was Deelen met 673
zonuren. In De Bilt werden 706 zonuren geregistreerd tegen
normaal 575. Daarmee eindigde de zomer op de achtste plaats in
de rij van zonnigste zomers sinds 1901.
Vorig jaar zomer bedroeg in De Bilt de gemiddelde temperatuur
17,6 °C, de hoeveelheid neerslag 294 mm en het aantal zonuren
534.
Normaal=het langjarig gemiddelde over het tijdvak 1971 - 2000
De Bilt, 1 september 2003 - Rob Sluijter
Kortenhoef, 2 september 2003 - Jos Werkhoven
|