Burgemeester Wijdemeren noemt (oudere) schaatsers
dom en dwaas
Gelukkig
was er op 6 januari in ons Wijdemeerse gemeentehuis een
nieuwjaarsreceptie, waarop alle inwoners van Wijdemeren waren
uitgenodigd.
Een goede kans om persoonlijk met de burgervader te spreken: enerzijds
om eerst mijn grote waardering voor zijn werk uit te spreken, anderzijds
om te vertellen dat ik werkelijk meen dat iedereen (dus ook de
burgervader) een missslag moet kunnen maken, een uitglijder kan hebben
of zelfs door het ijs kan zakken. We blijven tenslotte mensen.
De
Wijdemeerse Webkrant heeft het gesprek fotografisch vastgelegd.
Citaat
bericht Volkskrant 3 januari 2008.
Dit jaar hebben rond Nieuwjaar de ouderen de hulporganisaties net zo
veel overuren bezorgd als de 14- en 15-jarigen. Burgemeester Don Bijl
van Wijdemeren, waaronder de Ankeveense en Loosdrechtse plassen vallen,
sprak deze week van ‘domme, dwaze ouderen’ die zich niets van
waarschuwingen en borden met ‘onbetrouwbaar ijs’ aantrekken.
‘Je kunt alles doen. Maar ze gaan toch. Met duizenden tegelijkertijd.
Zestigers, zeventigers, ze hunkeren zo om te kunnen schaatsen dat ze
onverantwoorde risico’s nemen.’ In Ankeveen en Loosdrecht zijn deze week
al tientallen mensen door het ijs gezakt. Zelfs traumahelikopters
moesten worden ingezet om onderkoelde mensen naar het ziekenhuis te
brengen. ‘Ik ga niet pleiten voor allerlei wettelijke regels, maar de
maatschappelijke kosten zijn hoog.’
De ouderen, die de ijspret net zo romantiseren als de platen van de
Top-2000, kunnen niet wachten tot de voor een officiële toertocht
vereiste ijsdikte van 12 centimeter is gehaald.
Commentaar
Jos Werkhoven, weerstation De Arend te Kortenhoef, 4 januari 2009
Alhoewel ik me met mijn 58 jaren nog behoorlijk levendig voel, raak ik
beslist niet gecharmeerd van de woorden van de doorgaans zo respectabele
burgemeester van Wijdemeren, Don Bijl.
Hij spreekt over 'domme, dwaze ouderen' die zich niets van
waarschuwingen en borden met ‘onbetrouwbaar ijs’ aantrekken.
Mijn ruim dertigjarige rijke Wijdemeerse ijservaring vertelt mij
inderdaad dat bij de eersten op het ijs opvallend veel ouderen zitten
van zestig plus. Dat zijn dan mensen die al hun hele leven hier wonen en
één zijn met het gebied; derhalve dus ook als er vorst is. Zijn zij dan
dom of weten zij juist goed wat net wel en net niet kan?
Vermoedelijk mist onze burgemeester hun rijke ervaring met dit gebied.
De vergelijking met de kosten, gemaakt door veelal baldadige jongeren
met oud en nieuw, gaat m.i. zeer mank.
Mag je baldadigheid vergelijken met wintersport op onze wateren?
Het eerste is vaak bewust rotzooi trappen, met alle onkosten voor de
samenleving van dien.
De wintersport in onze gemeente brengt natuurlijk risico's met zich mee
die evenzeer onkosten voor de samenleving betekenen.
Neen, burgemeester Bijl, u bent wellicht enigszins verward geraakt door
de verantwoordelijkheid die op uw schouders drukt. Wat dat betreft kan
ik beide zorgen die u heeft (baldadige jongeren en extra inzet van
gemeentegelden bij de wintersport) goed begrijpen, maar u mag ze niet op
één hoop gooien. Baldadige jongeren zijn op geen enkele wijze te
vergelijken met mensen, oud of niet, die eindelijk weer eens de benen
willen en kunnen strekken op het ijs van onze prachtige natuurgebieden.
Dat daar risico's aan verbonden zijn dient u inderdaad te weten en uw
voorzorgsmaatregelen te treffen. U mag ze in het openbaar geen ‘domme,
dwaze ouderen’ noemen.
Eerst een misslag, dan een uitglijder, tenslotte door het ijs gezakt
Op vraag van het NRC-Handelsblad heeft Jos Werkhoven van weerstation De
Arend onderstaand stukje geschreven voor de opiniepagina's van het
NRC-Handelsblad.
Geachte redactie,
Naar aanleiding van de vraag van uw redacteur Huygen.
Ondergetekende heeft een weerstation in de gemeente Wijdemeren en volgt
al meer dan dertig jaar de ijsvorming in de gemeente op de voet. Het
weerstation is in deze vorstperiode zeer druk bezocht. Voor de
schaatsliefhebbers verzorg ik al jaren informatie in de vorm van
meetgegevens, foto's en videoverslagen om aldus 'beslagen' en goed
geïnformeerd ten ijs te komen.
Een misslag, gevolgd door een uitglijder, tenslotte door het ijs
gezakt
Mijn doorgaans zo respectabele burgemeester van Wijdemeren, Don Bijl,
maakt met zijn uitspraak in de Volkskrant van 3 januari 2009 een
vervaarlijke misslag.
De misslag.
Eerst scheert hij ogenschijnlijk in zijn vergelijking de baldadige
jongeren welke vernielingen aanrichtten tijdens oud en nieuw over één
kam met de ‘domme, dwaze ouderen’ die na jaren weer eens op de ijzers
willen staan.
Ook in stressvolle omstandigheden, gelijktijdige viering van oud en
nieuw èn de verandering van de gemeente in een wintersportgebied, mag je
van je burgervader verwachten dat hij het hoofd koel houdt. Dat heeft
hij met zijn openbare vergelijking beslist niet gedaan: bewuste
baldadigheid en vernieling mag nimmer in één adem genoemd worden met de
vrolijke beoefening van een typisch Hollandse wintersport, al zijn de
kosten ervan gelijk.
De uitglijder.
Nu zullen er ongetwijfeld ‘domme, dwaze ouderen’ tussen zitten, maar hij
mag als burgervader niet al zijn oudere burgers (ik beschouw alle
bezoekers aan de gemeente als onder verantwoordelijkheid van de
burgemeester vallende burgers) in het openbaar dom en dwaas noemen. Al
dertig jaar woon ik in de gemeente Wijdemeren en volg als de vorst
invalt de ijsvorming op de Ankeveense Plassen op de voet. Zeker de
oudere bewoners van de gemeente Wijdemeren die al hun hele leven daar
wonen, één met het gebied onder alle weersomstandigheden, zie je daar
dan als eersten (de kwajongens) op het ijs. Zij gaan niet over één nacht
ijs. Zij weten héél goed wat zij doen èn kennen de risico’s: gaan nooit
alleen, hebben een touw en priemen bij zich. Zij kennen de behoefte van
een controlerende overheid niet en willen die ook in deze niet erkennen.
Door het ijs gezakt.
Tenslotte zakt mijn burgemeester door het ijs als hij, zoals de overheid
tegenwoordig vaak probeert, risico’s wil uitsluiten. Hij geeft eigenlijk
zelf al aan dat dat gewoon niet kan: “Ik ga niet pleiten voor allerlei
wettelijke regels, maar de maatschappelijke kosten zijn hoog.” Dat lijkt
op dubbelspraak: door het opvoeren van de kosten geeft hij aan de
risico’s niet te willen erkennen; mijns inziens zeer normale risico’s
als er tienduizenden mensen tegelijk iets ondernemen. Wat dacht u van de
gevaarlijke drukte op onze wegen of de vandalen bij voetbalwedstrijden?
Hij moet niet zeuren, maar gewoon zijn voorzorgsmaatregelen treffen,
erkennen dat de traumahelikopter eens moet uitrukken of dat mensen door
het ijs zakken en onderkoeld raken (een welkome afwisseling trouwens in
vergelijking met de oververhitte hooligans bij een voetbalwedstrijd).
Je mag als bestuurder toch geen enkel (ouder??) mens de plezierige
geneugten van het cultuurhistorische Hollandse schaatsenrijden willen
ontnemen?
Ik verwacht overigens dat burgemeester Bijl een groter bestuurlijk
risico loopt door zijn uitspraken dan opa Hagen (een oud Kortenhoefse
naam) die een baantje wil trekken op de Kortenhoefse Plassen.
Met vriendelijke groet,
Jos Werkhoven
Uitgeverij en Weerstation De Arend
Koninginneweg 98
1241 CX Kortenhoef
The Netherlands
tel: +31-35-6564739
fax: +31-84-7218970
Weerstation@DeArend.nl
http://www.DeArend.nl
Voor het lokale, nationale, internationale èn ruimteweer:
http://www.DeArend.nl/weer |